De werkgever heeft een objectieve rechtvaardigingsgrond voor de ongelijke beloning.
Geen ongeoorloofd onderscheid, ook is het niet onaanvaardbaar naar de maatstaven van redelijk en billijkheid.
Dit oordeelde de kantonrechter in een zaak die door een aantal werknemers van een onderwijsinstelling aanhangig is gemaakt nadat als gevolg van een nieuw beloningssysteem salarisverschillen zijn ontstaan (ECLI:NL:RBNHO:2024:12431).
De feiten
De eisers zijn in dienst van de Europese Scholen. Op hun arbeidsovereenkomsten is het AAS-reglement van toepassing. Op grond van dit reglement geldt voor werknemers in dienst voor 19 april 2007 een andere indexatieregeling dan voor de werknemers die daarna in dienst zijn gekomen. Hierdoor zijn salarisverschillen ontstaan. Om de salarissen te harmoniseren is per 1 januari 2020 een nieuwe beloningssysteem ingevoerd, het Single Spine-systeem. Ook bij het Single Spine-systeem ontstaan er salarisverschillen tussen werknemers. Het systeem kan gunstiger zijn voor werknemers, die op of na 1 januari 2020 in dienst komen. Om deze salarisverschillen weg te nemen of te verminderen, is er een compensatieregeling van twee salarisstappen extra. De eisers waren al voor 1 januari 2020 in dienst bij de werkgever.
Ongeoorloofd onderscheid bij de beloning?
Maakt de werkgever met het invoeren van het Single Spine-systeem een ongeoorloofd onderscheid bij de beloning en is de werkgever aansprakelijk voor de schade die de eisers hierdoor lijden? Bij de beoordeling van deze vraag is het Nederlandse arbeidsrecht van toepassing. Partijen zijn het erover eens dat in dit geval geen sprake is van een onderscheid op één van de gronden genoemd in de Algemene wet gelijke behandeling of een rechtstreeks werkende verdragsbepaling, zoals bijvoorbeeld onderscheid naar godsdienst, geslacht of nationaliteit. Daar gaat de kantonrechter ook vanuit. Er is ook geen sprake van onderscheid in de zin van specifieke arbeidsrechtelijke discriminatieverboden.
Goed werkgeverschap
In beginsel moet gelijke arbeid in gelijke omstandigheden op gelijke wijze worden beloond, tenzij een objectieve rechtvaardigingsgrond een ongelijke beloning toelaat. Naast dit beginsel moeten ook de overige omstandigheden worden betrokken bij de afweging of de werkgever handelt in strijd met de eisen van goed werkgeverschap. Zelfs als de werknemers gelijke arbeid in gelijke omstandigheden verrichten, kan dit nog niet zonder meer tot de conclusie leiden dat ze een gelijke beloning behoren te krijgen. De kantonrechter merkt op dat bij die beoordeling de rechter terughoudend toetst. Uitgangspunt in de rechtspraak is dat een (overeengekomen) ongelijkheid in beloning pas als ongeoorloofd kan worden aangemerkt als die ongelijkheid naar de maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Dit geldt temeer als de ongelijke beloning voortvloeit uit een cao, omdat dan ook het beginsel van de vrijheid van onderhandelen over arbeidsvoorwaarden in het geding is.
Objectieve rechtvaardigingsgrond aanwezig
Geen ongeoorloofd onderscheid door de werkgever, volgens de kantonrechter is er een objectieve rechtvaardigingsgrond die de mogelijkheid van ongelijke beloning toelaat. Want:
- de harmonisatie van de salarissen is aangewezen en noodzakelijk
- het Single Spine-systeem heeft mede ten doel de werkgever aantrekkelijk te maken voor nieuw personeel door een nieuwe werknemer op basis van beroepservaring een relatief gunstige(r) beloning te bieden
- de werkgever heeft geen financiële ruimte om in het Single Spine-systeem andere of vergaande beloningen op te nemen, anders dan de compensatieregeling.
Niet onaanvaardbaar naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid
De ongelijke beloning in het Single Spine-systeem is ook niet onaanvaardbaar naar de maatstaven van redelijkheid en billijkheid, volgens de kantonrechter. Want:
- er is slechts sprake van een zeer beperkte daadwerkelijke ongelijkheid in beloning
- de werknemers hebben erkend dat hun salarissen over het algemeen zijn gestegen door het invoeren van het Single Spine-systeem
- een compensatieregeling is ingevoerd om de eventuele negatieve effecten te verminderen
- het AAS-reglement, dat de basis vormt voor het Single Spine-systeem niet gelijk te stellen is met een cao, maar wel gezien kan worden als de uitkomst van onderhandelingen over arbeidsvoorwaarden (werknemers vertegenwoordigd in de besluitvorming), temeer aanleiding voor de kantonrechter om terughoudend te toetsen.
Conclusie
De kantonrechter toetst terughoudend in deze zaak. De conclusie luidt dat de ongelijke beloning niet naar de maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Het gebruiken van het nieuwe beloningssysteem door de werkgever is daarom niet in strijd met goed werkgeverschap.