Nevenwerkzaamhedenbeding
Het hebben van twee fulltime banen is strijdig met het nevenwerkzaamhedenbeding en arbeidstijdenwet.
Onlangs oordeelde de kantonrechter te Rotterdam in een opmerkelijke zaak over een door de werkgever gegeven ontslag op staande voet (ECLI:N:RBROT: 2022:4614). De werkgever baseerde het ontslag op staande voet onder meer op het feit dat de werknemer de werkgever niet had gemeld nevenwerkzaamheden te verrichten.
Nevenwerkzaamhedenbeding
In de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst is een nevenwerkzaamhedenbeding opgenomen. Overeengekomen is dat de werknemer geen nevenwerkzaamheden mag verrichten, tenzij hij hiervoor schriftelijke toestemming krijgt van de werkgever. Wat zo opmerkelijk is in deze zaak, is dat de werknemer bij het in dienst treden bij zijn nieuwe werkgever zijn oude baan niet heeft opgezegd. Doordat de arbeidsovereenkomst met de eerdere werkgever niet is beëindigd, heeft de werknemer twee fulltimebanen. De kantonrechter oordeelt dat sprake is van een dringende reden van ontslag. Door het hebben van de baan bij zijn eerdere werkgever zonder hiervoor toestemming te hebben gekregen van zijn nieuwe werkgever, handelt werknemer in strijd met het nevenwerkzaamhedenbeding. Daarnaast vindt de kantonrechter het ook onwenselijk dat een werknemer in totaal 80 uur per week werkt voor twee werkgevers. Het risico op uitval van de werknemer door overbelasting is zeer groot. Bovendien overtreedt de werknemer de arbeidstijdenwetgeving.
In de procedure doet de werknemer al een beroep op de wet transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden, die ingaat op 1 augustus 2022. Deze wet heeft consequenties voor het verbod op nevenwerkzaamheden. Want op basis van het nieuwe artikel 7:653a lid 1 BW is een verbod op nevenwerkzaamheden nietig, tenzij het beding kan worden gerechtvaardigd op grond van een objectieve reden. De kantonrechter ging niet mee met het beroep van de werknemer op de nieuwe wet. De wet is pas van toepassing vanaf het moment van inwerkingtreding van deze wet, dus 1 augustus 2022. Maar aan de andere kant gaat de kantonrechter inhoudelijk toch al wel een beetje in op de nieuwe wet. Want, oordeelt de kantonrechter, de werkgever heeft gemotiveerd aangegeven dat het nevenwerkzaamhedenbeding wordt gerechtvaardigd door een objectieve reden, namelijk het vermijden van belangenconflicten en het naleven van arbeidstijdenwetgeving (strijd met de wet).
Transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden, het nevenwerkzaamhedenbeding
Hoe zit het ook alweer met de wet transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden, die op 1 augustus 2022 van kracht wordt? Een van de artikelen die worden aangepast betreft het nevenwerkzaamhedenbeding, artikel 7:653a BW, gaat als volgt luiden:
‘Een beding waarbij de werkgever verbiedt of beperkt dat de werknemer voor anderen arbeid verricht buiten de tijdstippen waarop de arbeid moet worden verricht bij die werkgever. is nietig, tenzij dit beding kan worden gerechtvaardigd op grond van een objectieve reden.’
Voor het verrichten van nevenwerkzaamheden heeft de werknemer doorgaans toestemming van de werkgever nodig. Die toestemming kan door een werkgever alleen nog worden geweigerd indien de werkgever een beroep kan doen op een objectieve rechtvaardigingsgrond: gezondheid en veiligheid, bescherming vertrouwelijke bedrijfsinformatie, de integriteit van overheidsdiensten of het vermijden van belangenconflicten of strijd met de wet. Door het gebruik van de woorden ‘zoals’ maakt de wetgever duidelijk dat de opsomming niet-limitatief is. De rechtvaardigingsgrond hoeft niet in de arbeidsovereenkomst te staan. Bij het vragen van toestemming kan je als werkgever aangeven op basis van welke grond het verbod of beperking gerechtvaardigd is.
Gabriëlle Verberne